If you're seeing this message, it means we're having trouble loading external resources on our website.

Als je een webfilter hebt, zorg er dan voor dat de domeinen *.kastatic.org en *.kasandbox.org niet geblokkeerd zijn.

Hoofdmenu

Samenvatting: de vraag en de factoren die de vraag beïnvloeden

Met deze samenvatting kan je nog eens alle basisbegrippen, grafieken en berekeningen overlopen die gebruikt worden om de vraag naar een goed te analyseren. Bekijk ook zeker nog eens het verschil tussen de vraag en de gevraagde hoeveelheid, de factoren die de vraag beïnvloeden en hoe je de vraag grafisch kan voorstellen met een vraagcurve.
Op een concurrerende markt bepalen de vraag naar en het aanbod van een goed of dienst de evenwichtsprijs.

De wet van de vraag

Markten hebben twee actoren: kopers en verkopers. De vraag vertegenwoordigt de kopers op een markt. De vraag is een beschrijving van alle hoeveelheden van een goed of dienst die een koper bereid zou zijn te kopen tegen alle prijzen.
Volgens de wet van de vraag is dit verband altijd negatief: de reactie op een prijsstijging is een daling van de gevraagde hoeveelheid.
Als bijvoorbeeld de prijs van geurende gummetjes daalt, zullen de kopers op de prijsdaling reageren door de gevraagde hoeveelheid geurende gummetjes te verhogen. Voor een markt in een goed zijn vraag en aanbod nodig.

Vraagfactoren

Wat beïnvloedt de vraag behalve de prijs? Factoren zoals veranderingen in het inkomen van consumenten zorgen er ook voor dat de vraag op de markt stijgt of daalt. Als bijvoorbeeld het aantal kopers op een markt daalt, zal er voor elke prijs minder worden gevraagd, wat betekent dat de vraag is afgenomen.
Als bijvoorbeeld geurende gummetjes normale goederen zijn, dan zullen kopers met een hoger inkomen bij elke mogelijke prijs meer geurende gummetjes kopen; hierdoor zou de vraagcurve ook naar rechts verschuiven.

Sleutelbegrippen

BegripDefinitie
vraagalle hoeveelheden van een goed of dienst die kopers bereid en in staat zouden zijn te kopen tegen alle mogelijke prijzen; de vraag wordt grafisch weergegeven met een vraagcurve.
vraagschemaeen tabel waarin alle hoeveelheden van een goed of dienst worden beschreven; het vraagschema bevat informatie over de prijs en de gevraagde hoeveelheden en kan worden gebruikt om een vraagcurve te tekenen.
vraagcurveeen grafiek van het vraagschema, die het verband weergeeft tussen prijs en gevraagde hoeveelheid.
wet van de vraagals alle andere factoren gelijk zijn, bestaat er een omgekeerd evenredig verband tussen de prijs van een goed en de hoeveelheid die de consument vraagt; met andere woorden, de wet van de vraag is de reden waarom de vraagcurve daalt; als de prijs daalt, reageren de mensen door een grotere hoeveelheid te kopen.
gevraagde hoeveelheidde precieze hoeveelheid die kopers bereid zijn te kopen tegen een bepaalde prijs; elk punt op een vraagcurve komt overeen met één gevraagde hoeveelheid.
verandering in gevraagde hoeveelheideen beweging langs een vraagcurve veroorzaakt door een verandering in de prijs; een verandering in de gevraagde hoeveelheid is een beweging langs dezelfde curve.
verandering in vraagals de kopers bereid zijn bij alle mogelijke prijzen een andere hoeveelheid te kopen, wat grafisch wordt weergegeven door een verschuiving van de hele vraagcurve; dit is het gevolg van een verandering in een van de vraagfactoren.
vraagfactorenveranderingen in de omstandigheden die de vraagcurve doen verschuiven; met het ezelsbruggetje SAKIV kun je de factoren onthouden die de vraagcurve verschuiven (S-smaak, A-andere goederen, K-aantal kopers, I-inkomen, V-verwachtingen).
normaal goedeen goed waarnaar de vraag toeneemt als de inkomens van de kopers stijgen.
inferieur goedeen goed waarnaar de vraag afneemt als de inkomens van de kopers stijgen.
substitutiegoederengoederen die elkaar kunnen vervangen; als de prijs van een goed stijgt, zal de vraag naar het substitutiegoed stijgen.
complementaire goederengoederen meestal samen te worden geconsumeerd; als de prijs van een goed stijgt, zal de vraag naar het complementaire goed afnemen.

Belangrijk Grafisch Model

Figuur 1: Een model dat een stijging van de vraag laat zien
De vraagcurve toont alle hoeveelheden die een koper bereid is te kopen bij alle mogelijke prijzen. In figuur 1 stelt de curve V1 een koper voor die bereid zou zijn niets te kopen bij een prijs van 9, 2 eenheden bij een prijs van 7, 6 eenheden bij een prijs van 3 en 9 eenheden bij een prijs van 0.
Een beweging langs een kromme, zoals een beweging van punt A naar punt B bij een prijsverandering, is een reactie op een prijsstijging. In dit geval wordt deze beweging veroorzaakt door een prijsstijging van 3 naar 7.
De curve V2 stelt een hogere vraag naar dit goed voor, die zich zou voordoen indien een vraagfactor, zou veranderen. Een stijging van het aantal kopers van dit goed zou bijvoorbeeld de stijging van de vraag veroorzaken die in deze grafiek wordt weergegeven. Een beweging van punt B naar punt X zou alleen plaatsvinden als de vraag zou toenemen.

Veelvoorkomende misvattingen

Verandering in de vraag vs. verandering in de gevraagde hoeveelheid

  • Een verandering van de vraag en een verandering van de gevraagde hoeveelheid zijn niet hetzelfde. De vraag verandert alleen wanneer één van de vraagfactoren verandert (denk aan het ezelsbruggetje SAKIV). Stijgende consumenteninkomens (één van de factoren) zullen bijvoorbeeld de vraag naar nieuwe auto's, een normaal goed, doen toenemen, waardoor de hele vraagcurve naar rechts zou verschuiven. Als de vraag stijgt, dan zullen er tegen elke prijs meer auto's worden gevraagd.
  • De prijs is géén vraagfactor, dus een verandering van de prijs leidt niet tot een stijging of daling van de vraag. Als de prijs van nieuwe auto's verandert, ceteris paribus, zal er een verandering zijn in de gevraagde hoeveelheid en een beweging langs de vraagcurve.

Hoe een prijsverandering de vraag naar een goed en de vraag naar verwante goederen beïnvloedt

  • Een verandering in de prijs van een goed zal de gevraagde hoeveelheid van dat goed doen veranderen, maar een verandering in de vraag naar verwante goederen (complementaire goederen en substitutiegoederen) doet de vraagcurve verschuiven.
  • Wanneer bijvoorbeeld de prijs van hotdogs daalt, gebeuren er drie dingen: De gevraagde hoeveelheid hotdogs neemt toe, de vraag naar hotdogbroodjes (een complementair goed) neemt toe, en de vraag naar hamburgers (een substitutiegoed) neemt af.

Discussievragen

  • Hoe zou je aan een vriend uitleggen wat het verschil is tussen een toename van de vraag en een toename van de gevraagde hoeveelheid?
  • Wat zijn de vijf vraagfactoren?
  • Hoe zou je een afname in de vraag naar concertkaartjes kunnen laten zien met een grafiek?

Wil je meedoen aan het gesprek?

Nog geen berichten.
Versta je Engels? Klik hier om de discussie op de Engelstalige Khan Academy website te bekijken.