Vergelijkingen van het soort x + a = b of x - a = b

Nu je weet waarom we soms aan beide zijden van een gelijkheid hetzelfde doen gaan we dit een paar keer toepassen op vergelijkingen met een onbekende variabele. Stel we hebben -x + 7 = 10. Ik wil weten wat x is. Dus iets met 7 erbij geeft 10. Nou dat kun je vast wel uit je hoofd. Als het volgens de regels wilt doen dan wil ik links alleen de x hebben. Als ik van de 7 af wil, kan ik 7 van de linkerkant aftrekken maar moet ik dat natuurlijk ook aan de rechterkant doen zodat we de balans houden in de vergelijking: links is hetzelfde als rechts Dus houden we links x over en 10 min 7 is 3. Dus de onbekende is 3 en dat klopt, want 3+7 = 10 Nog eentje, stel a - 5 = -2. Hoewel het moeilijker lijkt, kunnen we nog steeds hetzelfde doen. We moeten de -5 kwijt. De beste manier is er 5 bij te doen. Dus tel ik 5 op aan de linkerkant. Maar als ik wil dat links gelijk blijf aan rechts moet ik dat ook rechts doen. Dus tel ik 5 ook op bij de rechterkant, dus hou ik links a over, want -5 en +5 is 0 en a is nog steeds gelijk aan de rechterkant we hebben daar -2 plus 5, dat is 3. Dus a is gelijk aan 3. Drie -5 is inderdaad gelijk aan -2.