Hoofdmenu
Leerjaar 2
Course: Leerjaar 2 > Eenheid 4
Les 3: Eenheden, tientallen en honderdtallen aftrekken1, 10 of 100 aftrekken
Sal trekt 1, 10 of 100 van een getal af.
Wil je meedoen aan het gesprek?
- Bedankt Voor De Tips En Triks(4 votes)
Videotranscript
Hier heb ik het getal 324, dat we kunnen zien als, een 3 op de plek van
de honderdtallen, dit kan je 300 noemen, een 2 op de plek
van de tientallen, dus + 2 tientallen en een 4 op de plek
van de eenheden, dus + 4 eenheden. En als je wil weten hoe dit er uit ziet, kijk dan naar deze blokken. 3 groepen van 100,
1, 2, 3, 2 groepen van 10, ik heb 2 groepen van 10
in het geel, en ik heb hier 4 eenheden. Dus dit zijn 324 blokken. Laten we oefenen met
aftrekken van 324, het eerste dat ik wil
aftrekken van 324 is.. laten we... er 10 aftrekken. Dus ik wil 10 hier van aftrekken. Een 10 is 1 tiental en 0 eenheden. Ik doe dat in het blauw. 0 eenheden. Ik trek géén honderdtallen af, Ik trek 1 tiental af, zoals je kan zien, dus - 1 tiental,
en ik trek géén eenheden af, Wat is hiervan de uitkomst? Wat is hiervan de uitkomst? De honderdtallen veranderen niet. Ik trek géén honderdtallen af. Ik heb nog steeds 3 honderdtallen, Dat kan ik hier neerzetten, ik heb nog 3 hondertallen. Ik had 2 tientallen,
en ik trek er 1 tiental vanaf, nu heb ik 2 - 1 = 2 - 1 = 1 tiental. Ik had 2 tientallen,
en ik trek ik er 1 tiental vanaf Ik noem dat een tiental
in plaats van een tientallen, ik trek er 1 tiental vanaf
en dan heb ik nog een tiental over.
Ik had er 2, ik trek er 1 af, dan heb ik er nog 1 over.
En ik had 4 eenheden, en ik trek géén eenheden af, dus ik heb nog steeds 4 eenheden. 4 eenheden - 0 eenheden = 4 eenheden. Dan blijft er 314 over. 3 honderdtallen + 1 tiental
+ 4 eenheden. En als je hier kijkt:
wat hebben we dan gedaan? We hadden 324 en we hebben
1 tiental weggehaald. We hebben 1 tiental weggehaald
en wat er overblijft is 3 honderdtallen, 1 tiental
en 4 eenheden. oftewel 314. Dat was interessant. Laten we nu 100 aftrekken van 324. In plaats van een tiental, Laten we nu.. Laten we nu 100 aftrekken, dat is 1 honderdtal Dus nu ga ik 1 honderdtal aftrekken, en 0 tientallen en 0 eenheden. Laten we gaan aftrekken. Wat gaat het worden? Ik heb 3 honderdtallen, en ik trek er 1 honderdtal af. Nu heb ik nog 2 honderdtallen over. Ik heb 2 tientallen en
trek er géén tientallen af, ik heb nog steeds 2 tientallen. Ik heb 4 eenheden en
trek er géén eenheden af, ik heb nog steeds 4 eenheden. Als je hier naar kijkt, Wat is hiervan de uitkomst? Ik schrijf hier een gelijkheidsteken. Ik had 3 honderdtallen, ik haal
1 honderdtal weg. Ik heb nog 2 honderdtallen over. Ik heb 2 tientallen en
trek er géén tientallen af, ik heb nog steeds 2 tientallen. Ik heb 4 eenheden en
trek er géén eenheden af, dus ik heb nog 4 eenheden. En als je kijkt naar dit plaatje: wat heb ik dan gedaan? Ik heb een groep van 100 weggehaald. Ik heb een groep van 100 weggehaald. Dus ik kan hier 1 groep van 100 weghalen, en wat blijft er dan over? Er blijven 2 honderdtallen, deze 2 tientallen en 4 eenheden over. 2 honderdtallen. ik noteer dit als volgt: 2 honderdtallen, 2 tientallen, 4 eenheden, oftewel 224.