Hoofdmenu
Inhoud en oppervlakte van cilinders
De inhoud van een cilinder is π r² h, en zijn oppervlakte is 2π r h + 2π r². Leer hoe je deze formules gebruikt in een oefenopgave. Gemaakt door Sal Khan.
Wil je meedoen aan het gesprek?
Nog geen berichten.
Videotranscript
Laten we het volume van een paar
massieve figuren berekenen, als we tijd over hebben kunnen we
nog wat oppervlakte opdrachten maken. Ik zal een cilinder tekenen. Dat is de bovenkant
van mijn cilinder dan is dit de hoogte
van mijn cilinder. Dit hier, is de bodem. Als dit transparant zou zijn,
zou je misschien de achterkant kunnen zien. Je kunt je inbeelden dat het er een
beetje uitziet als een blikje frisdrank. Stel de hoogte van mijn
cilinder, h gelijk is aan 8.
Ik zal het eenheden geven, 8 cm. Dat is mijn hoogte. En stel dat de radius aan
de bovenkant van mijn blikje, stel dat deze radius 4 cm is. Wat is dan het volume? Wat zal het volume dan zijn? Het idee hierachter is precies het zelfde
als we gezien hebben in eerdere opdrachten. Als je de oppervlakte van
een zijde kan vinden en dan uitvindt hoe diep die gaat,
kun je het volume berekenen. Dus wat wij gaan doen, is de oppervlakte
van de bovenkant van deze cilinder berekenen. De bovenkant van dit blikje frisdrank. Dat vermenigvuldigen we met de hoogte,
wat ons het volume geeft. In eerste instantie kijken we hoeveel
vierkante centimeter er in de bovenkant past. als we dat vermenigvuldigen, met het aantal
centimeters dat het naar beneden gaat, krijgen we het aantal kubieke centimeters
dat in de cilinder past. Dus, hoe berekenen we de
oppervlakte van deze bovenkant? Nou de oppervlakte van
de bovenkant is het zelfde
als die van een cirkel. Je kan je inbeelden dat
het zo getekend wordt, als we er van
boven op kijken. Is dit een cirkel met
een radius van 4 cm. De oppervlakte van een cirkel
met een radius van 4 cm, is gelijk aan pi keer de radius
in het kwadraat Dat wordt dus pi keer de radius kwadraat. keer 4 cm kwadraat. Wat gelijk is aan 4 kwadraat is 16, keer pi. Onze eenheid wordt nu cm kwadraat. Dat is dus de oppervlakte. De volume wordt deze oppervlakte,
keer de hoogte. De volume wordt dus gelijk aan 16 pi cm kwadraat keer de hoogte, keer 8 cm. keer 8 cm. En als je vermenigvuldigd kan je er voor kiezen
om de associativiteit, je kan deze dingen
herschikken. Het maakt namelijk niet uit in welke
volgorde je het doet, omdat het allemaal
vermenigvuldigingen zijn. Dit is dus hetzelfde als
16 keer 8. Laten we eens kijken.
8 keer 8 is 64, 16 keer 8 is twee
keer zo groot dat wordt dus 128 pi,
cm kwadraat keer cm dat maakt dus kubieke centimeters. Of 128 pi kubieke cm. Onthoud, pi is gewoon een getal. We schrijven het als pi
omdat het een gek getal is. Als je het op zou schrijven,
kan je het nooit helemaal opschrijven. 3.14159 en blijft maar doorgaan zonder zichzelf te herhalen. Dus laten we het gewoon als pi staan. Maar als je het uit
zou willen rekenen kan je, je rekenmachine pakken
en zou dit ongeveer 3.14 keer 128 zijn. Het ligt dus in de buurt van 400 kubieke cm. Maar nu, hoe vinden we de totale
oppervlakte van dit figuur? Een deel van de totale oppervlakte
zijn de boven- en onderkant. Dat maakt dus deel uit van
de totale oppervlakte. En dit onderste gedeelte dus ook. Als we dus de totale
oppervlakte willen vinden, laten we dat doen, Laten we de
totale oppervlakte berekenen. Het zal zeker deze twee
oppervlaktes hebben. Het heeft dus zeker
twee keer 16 pi cm kwadraat. Dit is 16 pi,
dit is 16 pi kwadraat cm. Het heeft dus twee
keer 16 pi cm kwadraat. Ik houd dezelfde eenheden. Dat is dus de boven- en onderkant
van het blikje frisdrank. Nu moeten we de oppervlakte van
het gedeelte dat rondom gaat berekenen. Ik beeld het me zo in. Stel je zou dit in willen pakken met papier en stel je zou het hier doorknippen, deze zijde van het blikje doorknippen.
En het uitrollen. Je zou het uitrollen. Wat zou je dan hebben? Je zou iets hebben als Je zou een stuk papier hebben waarvan deze lengte deze lengte gelijk is aan deze lengte. En dan is het helemaal uitgerold. Deze twee uiteinden, in het paars, Deze twee uiteinden, raakten elkaar Ik zal een kleur pakken die
nog niet gebruikt is. Ik doe het in roze. Deze twee uiteinden raakten elkaar, toen alles nog opgerold was. En dat deden ze hier. De lengte van deze twee zijdes, is dus gelijk aan de hoogte
van mijn cilinder. Dit wordt dus 8 cm. En dan wordt dit ook 8 cm. De vraag die we ons
nu moeten stellen is wat wordt deze afmeting? En denk er aan,
die afmeting is eigenlijk hoe ver we rondom de
cilinder gingen. En als je daar over nadenkt, Is dat precies hetzelfde als de omtrek van de
boven- of onderkant van de cilinder. Dus, wat is die omtrek? De omtrek van deze cirkel welke het zelfde is als de omtrek
van die cirkel, is 2 keer de radius keer pi. Of 2 pi keer de radius. 2 pi keer 4 cm, is gelijk aan 8 pi cm. Dus deze afstand, is de omtrek van zowel de boven- als de
onderkant van de cilinder. Dit wordt 8 pi cm. Als je dus de oppervlakte van het
inpakpapier wilt weten. Alleen van het deel rondom
de cilinder, dus niet de boven- en onderkant. Krijg je, als je het uitrolt,
deze rechthoek. En dus wordt de oppervlakte van dit deel
8 cm bij 8 pi cm. Het wordt dus 8 cm keer 8 pi cm. Dat is het zelfde als 64 pi,
8 keer 8 is 64. 64 pi cm kwadraat. Als je de oppervlakte van het geheel wilt, heb je de boven- en de onderkant,
die hebben we al berekend. Dan wil je de oppervlakte rondom berekenen,
Die hebben we net gevonden. Dit wordt dus plus 64 pi cm kwadraat. Nu hoeven we het alleen
nog maar uit te rekenen. Het wordt 2 keer 16 pi, wat hetzelfde is
als 32 pi cm kwadraat, dus 32 pi cm kwadraat. Plus 64 pi,
plus 64 pi cm kwadraat. 32 plus 64 is 96 pi cm kwadraat.
Het is dus 96 pi cm kwadraat. Dat is net iets meer
dan 300 cm kwadraat. En let op, bij het
uitrekenen van de oppervlakte krijgen we een antwoord in
termen van cm kwadraat. En dat is logisch want een oppervlakte is een
2-dimensionale meting. We zoeken uit hoeveel
vierkante centimeters we in de oppervlakte kunnen passen. Toen we volume deden, kregen
we kubieke centimeters. Dat is omdat we uitzoeken
hoeveel 1x1x1 cm blokjes, er in het figuur passen. Dat is dus waarom het kubieke cm zijn.
Maar goed, hopelijk heeft dit het duidelijker gemaakt.