Redactiesom over meten: bloeddonaties

De bloedbank van het plaatselijk ziekenhuis zamelde 80 pints bloed in van hun bloeddonoren. Het ziekenhuis hoopte een totaal van 8 gallons bloed op te halen. Hebben ze hun doel gehaald? Hoeveel meer of minder dan hun doel heeft het ziekenhuis opgehaald? Dus ze zamelde 80 pints in. We moeten uitzoeken hoeveel gallons dat is, en dan bepalen of het meer of minder is dan 8 gallons. Dus we beginnen met 80 pints. We doen dit stap voor stap. Je weet misschien wel of niet hoeveel pints er gaan in een gallon, dus laten we eerst naar quarts gaan, en dan van quarts naar gallons. Maar als je al weet hoeveel pints er gaan in een gallon dan kan je dat direct doen. Laten we dit converteren naar quarts. We hebben 80 pints, en gaan we dat vermenigvuldigen of delen om tot quarts te komen? Je kan bedenken, je gaat van een kleinere eenheid, pints, naar een grotere eenheid, dus je hebt minder van de grotere eenheid. Dus je moet delen. Dit getal wordt kleiner als het quarts wordt. En het wordt kleiner met een factor 2, want je hebt 2 pints per quart. Je gaat niet vermenigvuldigen met 2. Je krijgt niet méér quarts. Je moet delen door 2. Of je kan keer 1/2 doen. Dit is hetzelfde als delen door 2, en we willen dat de eenheden kloppen. We hebben een quart voor elke 2 pints, of je kan dit zien als 2 pints per quart, of 1/2 quart per pint. Op beide manieren kloppen de eenheden en je neemt 80 en deelt het door 2, of vermenigvuldigt met 1/2, en je krijgt 40 quarts. Ik wil graag dat je hersenen het op beide manieren snappen. Want als je dit doet, als je geen papier hebt, en je geen eenheden hebt, moet je kunnen denken, 80 pints, dat is 2 pints per quart. Ik heb dus half zoveel quarts. Ik heb 40 quarts. Wanneer de opgaven wat ingewikkelder worden, is het handig om de eenheden elkaar op te laten heffen op deze manier, zodat je weet, OK, 1 quart is 2 pints. Pints in de noemen, pints in de teller, opheffen die boel en ik heb quarts over, en 80 keer 1/2, dat is 40. Dus we hebben 40 quarts, en nu kunnen we dit converteren in gallons. We weten dat er 4 quarts per gallon gaan, of dat 1 gallon 4 quarts heeft. Nogmaals, we gaan van een kleinere eenheid naar een grotere eenheid, naar gallons. Dus we weten dat er een factor 4 verschil is. En omdat je naar een grotere eenheid gaat, moeten je hersenen zeggen, hey, ik ga dat delen door 4. Ik heb een factor 4 minder gallons, want het is een grotere eenheid. En om ervoor te zorgen dat het werkt met de eenheden, moet je bedenken dat we quarts hebben in teller en dat je dus ook quarts wil hebben in de noemer. En we willen converteren in gallons en 1 gallon is 4 quarts. En dit gaat werken. De quarts heffen elkaar op. En bedenk, je deelt ook door 4. 40 keer 1/4 is exact hetzelfde als 40 gedeeld door 4. We gaan naar een grotere eenheid. Dus 40 keer 1/4 is 10, en de overgebleven eenheden zijn gallons. Dus de 80 pints bloed dat het ziekenhuis inzamelde is 10 gallons. Hun doel was 8 gallons. Hebben ze hun doel gehaald? Jazeker, ze hebben hun doel gehaald. Hoeveel meer of minder dan hun doel hebben ze opgehaald? Hun doel was 8, ze hebben er 10 verzameld. Ze zamelden 2 gallons meer in dan hun doel.