Hoofdmenu
Leerjaar 6
Course: Leerjaar 6 > Eenheid 6
Les 6: Inleiding tot ongelijkheden met variabelenOngelijkheden tekenen
Om een ongelijkheid als x>3 op de getallenlijn te tekenen, zet je een kleine cirkel bij dat getal (b.v. 3). Als het teken ook gelijkheid aangeeft (≥ or ≤) moet je de cirkel invullen. Als het geen gelijkheid bevat (> of <) moet je de cirkel leeg laten. Teken daarna een lijn vanaf de cirkel langs de getallenlijn naar links of rechts, afhankelijk van de ongelijkheid. Gemaakt door Sal Khan.
Wil je meedoen aan het gesprek?
Nog geen berichten.
Videotranscript
Ik begin wat voorzichtiger te
worden met mijn gezondheid en begin mijn calorieën te tellen. Stel dat C het aantal calorieën
is dat ik op een dag eet. Het aantal calorieën op een dag. En ik wil afvallen dus ik wil specifiek
minder dan 1.500 calorieën per dag eten. Hoe kan ik dat uitdrukken als ongelijkheid? Ik wil dat de hoeveelheid calorieën
op een dag kleiner is dan... En denk eraan, het kleinerdansymbool
wijst naar de kleinere kant. Ik wil dat de calorieën
minder zijn dan 1.500. Zo kan je het uitdrukken. Kijk, het aantal calorieën dat ik mag eten
op een dag moet kleiner zijn dan 1.500. Ik moet er wel op letten
als ik dat schrijf, dat als ik geen calorieën eet op een
dag, of 100 calorieën, of 1.400 calorieën of 1.499 calorieën, als C, is dat allemaal goed. Dat is
allemaal kleiner dan 1.500. Maar 1.500 calorieën dan? Klopt het dat 1.500 kleiner is dan 1.500? Nee! 1.500 is gelijk aan 1.500. Dus deze uitspraak klopt niet. Maar wat als ik tot en met
1.500 calorieën wil eten? Ik wil dat ik elke calorie mee kan krijgen. Hoe kan ik dat uitdrukken? Hoe kan ik uitdrukken dat ik tot
en met 1.500 calorieën mag eten? Dus ik kan tot én met 1.500 calorieën eten. Nu is dit tot maar niet
inclusief 1.500 calorieën. Hoe kan ik dat uitdrukken? Ik kan dat doen door een klein lijntje
onder het kleinerdansymbool te zetten. Nu is dit niet alleen kleiner dan. Dit is kleiner dan of gelijk aan. Dus dit symbool zegt dat C kleiner óf gelijk aan 1.500 calorieën is. Dus nu is 1.500 een
toegestane waarde voor C. Een legitieme hoeveelheid
calorieën om in een dag te eten. Als we dit willen visualiseren
op een getallenlijn, hoe we het zouden aanpakken... Stel dat dit onze getallenlijn is. Ik ga niet helemaal van 0 tot 1.500 tellen, Maar stel dat dit 0 is. Stel dat dit 1.500 is. Hoe we kleiner dan of gelijk aan
1.500 zien op een getallenlijn? We zeggen, kijk, je kan op 1.500 zitten. Dus daar zetten we een
klein gevuld cirkeltje. En we kunnen kleiner zijn. Dus dan kleuren we alles kleiner dan 1.500. We zeggen, kijk, alles kleiner
dan of gelijk aan 1.500 is goed. En dan zeg je "Wat als het nu
niet kleiner dan of gelijk was? "Wat als het alleen kleiner dan was? Dat zal ik ook tekenen. Even terug naar het begin, als ik zei dat C kleiner is dan 1.500 zouden we dat zo tekenen
op een getallenlijn. Dus stel dat dit 0 is. Dit is 1.500. We willen heel duidelijk maken dat
we 1.500 niet mee willen nemen, dus we maken een open cirkeltje eromheen. Let op, als we 1.500 mee tellen
is het een gevulde cirkel. Als we 1.500 niet mee tellen,
dus alleen kleiner nemen dan dat, vullen we de cirkel expres niet, maar dan laten we zien dat je
alles daaronder wel kan doen. Nu zeg je waarschijnlijk, "Oké Sal, je had
kleiner dan en kleiner dan of gelijk. "Wat als je het andersom wil? "Wat als je groter dan en
groter dan of gelijk wilt?" Laten we daar over nadenken. Stel dat ik ook meer
water wil gaan drinken. Dus laten we een variabele definiëren. Stel dat w het aantal ons
water is dat ik drink per dag. ...drink per dag. En ik las dat ik minstens... Ik neem zomaar een getal. 64 ons water per dag. Dus ik kan het opvatten als dat ik
altijd meer dan 64 ons wil drinken. Dus dat is dat w groter is dan 64. Dus ik wil dat w de grotere is, dus de opening is richting de w. w is groter dan 64 ons. Hoe teken ik dat? Laat ik hier een getallenlijn tekenen. Stel dat dit 0 is. Dit is 64. Als ik strikt groter dan wil... In deze situatie is het niet
goed als ik precies 64 drink. Die 64 is niet groter dan 64. Ik moet 64,01 ons drinken of 64,00001 ons. Het moet iets zijn dat groter is dan 64. Dus ik neem 64 niet mee, maar alles groter dan dat is gewoon prima. Wat als ik het wat minder strikt wil maken? Het is prima om precies
64 ons te drinken, of meer. Dan zou ik schrijven dat w
groter is of gelijk aan 64. En dat zou ik zo tekenen
op de getallenlijn... En ik schrijf natuurlijk
niet alle getallen ertussen. Stel dat dit 0 is, en we
gaan helemaal naar 64. Nu is het goed als ik precies 64 ons drink. Dus ik vul het cirkeltje nu. Hier liet ik het open omdat
64 niet een goed getal is. Nu is 64 helemaal goed. Ik kan precies 64 ons
water per dag drinken, of meer! En dan ga ik zo langs
de getallenlijn omhoog.