Hoofdmenu
Leerjaar 3
Vormen splitsen in gelijke delen
Lindsay zoekt uit of 4 stukken van een taart gelijk zijn aan 1/4 van de taart. Gemaakt door Lindsay Spears.
Wil je meedoen aan het gesprek?
Nog geen berichten.
Videotranscript
Is elk deel gelijk aan 1/4 van de oppervlakte van de taart? Dus we hebben een taart en die heeft een, twee, drie, vier stukken. Dus hij heeft inderdaad vier stukken. Dus is een van die stukken gelijk aan 1/4 van de taart? Nou, laten we het hebben over wat we bedoelen wanneer we een breuk als 1/4 hebben. De één in de breuk, de teller, staat voor een hoeveelheid stukken. Dus hier, één stuk. Één stuk taart. En dan de vier, wanneer we het over breuken hebben gaat altijd over de hoeveelheid van gelijke grootte. Even grote stukken. Dus in dit geval vier even grote stukken. Dus de vraag is, is elk deel een van vier even grote stukken? Laten we kijken naar de taart. Ik denk dat het vrij duidelijk is Dat deze stukken aan de zijkanten niet even groot zijn, die zijn kleiner dan de twee stukken in het midden. Als je van kersentaart houdt, zou je niet blij zijn, als je dit stuk aan de zijkant kreeg. Want deze is kleiner. Het is niet een even groot stuk. Dus ja, elk stuk is een van de vier stukken. Maar het is niet een van vier even grote stukken. Dus het is niet 1/4. Dus ons antwoord is nee. Nee, nee, nee. Elk stuk is niet 1/4 of een even groot deel van de taart.