If you're seeing this message, it means we're having trouble loading external resources on our website.

Als je een webfilter hebt, zorg er dan voor dat de domeinen *.kastatic.org en *.kasandbox.org niet geblokkeerd zijn.

Hoofdmenu

Benoemen van tellers en noemers

Sal identificeert tellers en noemers in breuken.  Gemaakt door Sal Khan en Monterey Institute for Technology and Education.

Wil je meedoen aan het gesprek?

Nog geen berichten.
Versta je Engels? Klik hier om de discussie op de Engelstalige Khan Academy website te bekijken.

Videotranscript

We gaan aan de slag met de teller en de noemer in de breuk drie over vier, of drie kwart. Ik schrijf het even opnieuw, lekker groot en leesbaar Ik schrijf.... ...een drie over.. een vier. Drie over vier Nu willen we weten wat de teller en wat de noemer is. De teller. De teller is het bovenste getal. Dit getal "telt" het aantal delen. De teller dus. De teller is 3. En nu op zoek naar de noemer. De noemer staat onder de streep. Dat is de vier. Wat is de teller? .... drie. Wat is de noemer?.... vier. Het onderste getal. Ze hadden dit ook 'het onderste getal' kunnen noemen, maar dat is lang niet zo leuk, en ze hadden dit gewoon 'het getal boven de streep' kunnne noemen, maar dan is rekenen een stuk minder leuk. Denk eens aan wat dit betekend, wat betekent deze breuk? Je kan denken aan 3 uit 4 taartpunten, daar denk ik graag aan, want ik ben gek op taart :-D Wat vertelt de noemer ons? Waaruit nemen we een deel? Of hoeveel delen zijn er? Laten we even een taart bedenken, Ik teken hem even zo... ...een vierkante taart. Of een raam.. En de noemer vertelt je hoeveel stukken er in de taart zitten, dat is het onderste getal in een breuk. En de teller, de drie, stelt het aantal taartstukken voor. Drie taartstukken uit vier, wij nemen er drie. Lekker! Drie taartpunten. Als iemand zegt, "ik heb drie vierde (3/4) van een taart gegeten, dan is dat drie kwart, en iemand eet dat het blauwe gedeelte van de taart als we hem zo snijden. Stel dat we een ronde taart hebben die er zo uit ziet, ik teken even een ronde taart dit is mijn ronde taart. Ik snijd hem in vier gelijke stukken. Min of meer gelijke stukken. Als nu iemand zegt, "ik heb drie kwart vierde van de taart opgegeten" dan is drie de teller, en met de vier leest dat als drie - vierde De vier is de noemer. Dan zou iemand zoveel van de taart eten. Drie van de vier stukken. Drie taartpunten eten. Dit is één stuk, dit is nog een stuk, en dit zijn drie stukken. De vier, de noemer, vertelt je hoeveel stukken er in de taart zijn, en drie vertelt hoeveel taart we hebben opgegeten.