Hoofdmenu
Leerjaar 3
Course: Leerjaar 3 > Eenheid 2
Les 3: Verband tussen vermenigvuldigen en delen- De verhouding tussen delen en vermenigvuldigen
- De verhouding tussen delen en vermenigvuldigen
- Redactiesom over vermenigvuldigen: parkeerterrein
- Redactiesom over delen: schoolgebouw
- Redactiesom over vermenigvuldigen: frisdrank op een feestje
- Redactiesom over delen: bosbessen
- Relateer deling tot vermenigvuldiging in redactiesommen
© 2023 Khan AcademyGebruiksvoorwaardenPrivacybeleidCookie Notice
De verhouding tussen delen en vermenigvuldigen
Sal bespreekt het verband tussen keersommen en deelsommen.
Wil je meedoen aan het gesprek?
Nog geen berichten.
Videotranscript
Laten we zeggen dat iemand op straat tegen je zegt 50 gedeeld door vijf, 50 gedeeld door vijf is gelijk aan "iets", is gelijk aan iets. Hoe kun je hierover nadenken als een keer-som? Nou, wat wit is, als je dat keer 5 doet als je dat keer 5 doet, dan zou je 50 moeten krijgen. Je zou 50 moeten krijgen.
Je zou 50 moeten krijgen. Dus een manier om dit te doen
zou zijn "wat keer vijf is vijftig?" Nou, 10 keer 5 is 50. 10 keer 5 is 50, dus 50 gedeeld door 5 zal dan 10 zijn. Hopelijk zie je hier de relatie. Als 50 gedeeld door vijf 10 is,
dan is 10 keer vijf 50. 10 keer vijf is 50. Je kunt het ook andersom doen. Wat is 50 gedeeld door 10? 50 gedeeld door 10, dat is dan vijf. 50 gedeeld door 10, dat is dan vijf. Hoe weet ik dat? Nou, vijf keer 10, vijf keer 10, vijf keer 10, is samen 50. Is samen 50. Dus we gaan even terug. As iemand op straat je weer aan zou
spreken en zou zeggen; iets, iets, gedeeld door, gedeeld door twee, iets gedeeld door twee is samen, is samen negen. Hoe weet je dan wat "iets" is? Iets gedeeld door twee is samen negen. Je zou het zo kunnen doen: Als 50 gedeeld door vijf 10 is dan is 10 keer vijf 50. Dus hier kunnen we zeggen, nou, negen keer twee, negen keer twee, zou samen "iets" moeten zijn. is gelijk aan "iets". We weten wat negen keer twee is. Dat is 18, dus dit moet 18 zijn. 18 gedeeld door twee is negen. En dat is hoe 18, twee, en negen een relatie hebben met
elkaar. Twee negens zijn 18, of negen twee's
zijn 18, of als je 18 in twee groepen zou splitsen,
dan zou iedere groep negen hebben. Of als ik zou delen in groepen van twee dan zou je negen groepen
hebben. Hoe je het ook bekijkt, 18 gedeeld door twee is negen,
negen keer twee is 18. We doen er nog één. Dus, iemand op straat loopt naar je
toe en vertelt je 12 gedeeld door, gedeeld door "iets", 12 gedeeld door "iets" is samen drie. Is samen drie. Wat is "iets" dan? Je kunt het zo bekijken: drie keer "iets" is samen 12. Drie keer "iets", Drie keer dit onbekende getal, is samen 12. En drie keer wat is samen 12? Drie keer vier is samen 12, dus 12 gedeeld door vier is samen drie.